Ondersteuning

Op onze school is het gebruikelijk dat de leerling veel met leraren praat. Dat past bij onze cultuur, onze sfeer. Het meeste contact heeft de leerling met de persoonlijke coach, overige leraren, decaan en teamcoördinator van dat leerjaar.

Vertrouwenspersonen

Iedereen heeft in zijn of haar leven wel eens te maken met kleine of grote tegenslagen. Je hoeft dan niet alleen te blijven met deze problemen of nare gevoelens. Als eerste kan een leerling met ouder(s)/verzorger(s), vrienden of coach in gesprek gaan. Soms is dat niet voldoende of lukt het niet. Juist dan kan je naar een vertrouwenspersoon stappen. Het is voor leerlingen vaak een moeilijke stap om naar iemand toe te gaan om over problemen te praten. Toch is het goed te beseffen dat wanneer je niet lekker in je vel zit, praten helpt.

Op onze school zijn Astrid Heidema en Rob Kleiweg jouw vertrouwenspersoon. Je kunt wanneer jij eraan toe bent een afspraak maken. Leerlingen mogen bij het gesprek iemand meenemen, zoals een ouder, vriend of vriendin. Alle onderwerpen zijn bespreekbaar: ziekte, verslaving, uitgaan, relatie, werk, toekomst, school, faalangst of je thuissituatie.

Specifieke ondersteuning

Het komt voor dat een leerling net even wat extra hulp kan gebruiken. Het coördineren van deze extra zorg ligt bij de ondersteuningscoördinator, Marieke Berendse. Het ondersteuningsteam bestaat verder uit een schoolmaatschappelijk werker vanuit Schoolformaat en twee schoolondersteuners cluster 3 (gehandicapte en langdurig zieke kinderen) en cluster 4 (stoornissen en gedragsproblemen) vanuit Samenwerkingsverband Westland.

Je kunt een gesprek aanvragen bij Marieke Berendse voor advies en informatie over eventuele vervolgstappen. Zij weet welke zorg het beste bij de leerling past en hoe de leerling deze extra begeleiding kan ontvangen. Via de zorgkalender en de schoolgids kun je ook als ouder(s)/verzorger(s) wat meer informatie opzoeken over de mogelijkheden van ondersteuning.

IZOD

Het komt ook voor dat een coach niet verder kan in de ondersteuning van een leerling en daarom hulp vraagt aan het Interne Zorg Overleg Dalton (IZOD). Aan de hand van de hulpvraag wordt een leerling besproken. Tijdens het IZOD wordt een handelingsplan opgesteld om de leerling zo goed mogelijk te ondersteunen. In het handelingsplan kan een verwijzing staan, handelingssuggesties voor in de klas of andere maatregelen die voor de ondersteuning nodig zijn.

ZAT

Het kan zijn dat we voor de ondersteuning van een leerling een groot overleg met andere specialisten moeten organiseren. Hiervoor kunnen de volgende mensen worden uitgenodigd: de wijkagent, de leerplichtambtenaar, een vertegenwoordiging van het Sociaal Kern Team (SKT), de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts en hulpverleners die al bij de leerling betrokken zijn. Vanuit school zijn de betrokken teamcoördinator, coach, schoolmaatschappelijk werker, schoolondersteuner en de ondersteuningscoördinator aanwezig. Voor het bespreken van een leerling in het ZAT is toestemming nodig van ouders(s)/verzorger(s). Zij zijn ook aanwezig bij het overleg.